Column Marian Geling: de kracht van de ontmoeting

Het is vandaag (24 november) al weer negen dagen geleden dat we met zo’n 400 mensen 10 jaar Prokkelweek in het stadhuis van Arnhem hebben gevierd. Niet zomaar met 400 mensen, nee, met 200 mensen met en 200 mensen zonder (verstandelijke) beperking. Waarom noem ik het zo? Omdat iedereen een maatje had en dus niet alleen daar rond liep, maar samen.

De hele middag met elkaar optrekken, samen het algemene programma volgen, samen beslissen naar welke workshops je gaat, samen elkaar ontmoeten, samen anderen ontmoeten. En op het eind van de dag afscheid van elkaar nemen. Soms met een boks, zoals het presentatieduo Gijs Wanders en Ellis Jongerius deden, soms met een dikke omhelzing, soms door elkaar de hand te schudden.

En overal hoorde je: wat was het fijn om vandaag met jou op te trekken, wat heb ik veel geleerd, wat heb ik genoten, wat veel plezier hebben we gehad. Al die ontmoetingen en verhalen, wat een energie spat daarvan af, wat een energie geeft dat, ook mij.

Met een glimlach denk ik terug aan tien jaar geleden. Theo van Loon, de toenmalige directeur van het Fonds verstandelijk gehandicapten vroeg mij de Verstandelijk gehandicapten 2daagse te organiseren. Ik dacht, wat moet ik daar nou mee? Ik had wel meer van dat soort eenmalige grote activiteiten gedaan: Internationaal Jaar van vrijwilligers, Dag van de Ouderen, Europees Jaar van mensen met een beperking, maar dit? Een 2daagse, en dan niet een keer, maar jaarlijks, dat was wel even wat anders. Denkend aan die andere evenementen kreeg ik allemaal beelden van mensen die ik tijdens en door die activiteiten had ontmoet. Sommigen maar één keer, anderen vaker, met sommigen heb ik nog steeds contact en een paar zijn vrienden voor het leven geworden. Dus ja, als ontmoeten het centrale thema van zo’n verstandelijk gehandicapten 2daagse zou kunnen worden, dan leek het mij wel wat. En na drie keer nee tegen Theo te hebben gezegd, heb ik de uitdaging opgepakt en ben aan de slag gegaan.

Ontmoeten, ja, daar gaat het om. Maar hoe zijn mijn eigen ontmoetingen met mensen met een verstandelijke beperking tot nu toe geweest? Best prikkelend eigenlijk. Als kind speelden we met de verstandelijk beperkte buurkinderen. Dat was leuk, maar ook bijzonder. Want op zekere dag was een van hen naar een “instelling” op de Veluwe verhuisd. Ik had geen idee wat dat was, maar ik heb hem nooit meer gezien. De andere ging al snel in een gezinsvervangend tehuis wonen. Ik vond dat zo raar, hij had toch een huis en ook een gezin, waarom moest dat vervangen worden? Hem zag ik nog wel eens fietsen – de vervanging was wel in het dorp – en dan groetten we elkaar, maar samen spelen was er niet meer bij. Hoe zou het nu eigenlijk met hem zijn? Vroeger in het dorp zag ik ze nog wel eens, maar nu, nu ik al jaren in de stad woon, kom ik eigenlijk bijna geen mensen met een verstandelijke beperking meer tegen, dat is toch best raar. Of niet? Met al die gedachten in mijn hoofd ben ik in 2007 met de eerste verstandelijk gehandicapten 2daagse begonnen.

Wat heb ik zelf veel geleerd van die prikkelende ontmoetingen: “Marian, je praat te moeilijk, Marian, luister nou eens naar mij, Marian, je denkt dat we allemaal van muziek en schilderen houden, Marian, wij zijn ook gewoon mensen hoor”. Ja, dat is eigenlijk waar het om gaat. We zijn allemaal gewoon mensen, mensen die sommige dingen heel goed kunnen en andere dingen wat minder. Daar kunnen we hele boeken over schrijven (en dat gebeurt ook) maar door iets samen te doen, open te staan voor de ander, te luisteren en te kijken, dan leer je dat ook. En misschien wel veel sneller en veel beter. En dat is en blijft de kracht van de Prokkelweek. Elkaar ontmoeten, met elkaar in gesprek gaan, naar elkaar luisteren, ontdekken wat de ander kan en wil, rekening houden met elkaar.

Dat is wat er tijdens het Symposium ook gebeurde. En dat het veel doet – bij beiden –  en het vaak niet bij die ene ontmoeting blijft, bleek van de week wel weer. Elke woensdagochtend zijn er bij ons in het pand cliënten die koffie komen brengen, papier ophalen en dergelijke. Een van hen was ook naar het Symposium geweest. Ze was blij verrast dat de workshops door duo’s werden gegeven. Daardoor geïnspireerd heeft ze het plan opgevat voorlichting te willen geven, over homoseksualiteit. En haar maatje, haar maatje is iemand die bijna met pensioen gaat. Die heeft aangeboden haar daarbij te helpen. Met een brede grijns luister ik naar haar enthousiaste verhaal. Zij loopt hier al twee jaar rond, kent haar maatje al twee jaar, maar kwam tot nu toe niet verder dan: “Wat wil je drinken”? En nu, nu hebben ze een mooi plan, een plan dat niet in de koelkast verdwijnt, nee, want het is een mooie activiteit voor in de komende Prokkelweek. Daar werken ze naar toe. De kracht van de ontmoeting zit in de mensen, ze bij elkaar brengen én in het hebben van een stip aan de horizon: de Prokkelweek.